Jarenlang negeerde organisatieadviseur Jaap Versfelt de verhalen van zijn kinderen over leraren op school waar je niks van leert. Tot hij besefte hoe groot de impact daarvan is op kinderen. Hij nam een ingrijpend besluit waardoor zo’n 500.000 leerlingen nu beter onderwijs krijgen.
De kinderen van Versfelt vertelden hem vaak over lessen op school die niet best waren. Hij nam de verhalen destijds met een korrel zout. Tot zijn vrouw jaren later besloot de pabo te doen. Al snel kwam zij thuis met vergelijkbare verhalen. Ze vertelde over leerlingen die opbloeien bij een goede leerkracht. En over wat leerlingen mislopen als ze een minder goede docent treffen. ‘Ik was stomverbaasd over de grote kwaliteitsverschillen tussen leerkrachten. Maar ook dat ze zelden bij elkaar de kunst afkijken. Schoolleiders zie je vaak al helemaal niet in de klas. Ik dacht: in een koekjesfabriek werk je zelfs samen. Hoe kan het dan dat je zoiets ingewikkelds als lesgeven in je eentje staat uit te vogelen?’
Onderwijs beter maken
Versfelt kon het niet langer aanzien en nam ontslag als partner bij organisatieadviesbureau McKinsey. Zijn missie? Op zoveel mogelijk scholen een cultuur creëren van ‘elke dag samen een beetje beter’. Een cultuur waar leraren van elkaar leren. Waar ze gebruikmaken van wetenschappelijk bewezen aanpakken. En waar het team stap voor stap het onderwijs doelgericht beter en mooier maakt. ‘Ik dacht: míjn kinderen komen er wel. Daar zorg ik wel voor, net als veel andere hoogopgeleide ouders. Maar er zijn miljoenen kinderen in Nederland voor wie de leraar ál het verschil maakt.’
Verbeterkennis uit het bedrijfsleven
Met hulp van de onderwijsbonden zette hij leerKRACHT op. Een verbeterprogramma, gestoeld op kennis uit het bedrijfsleven, zoals lean en scrum. De methodiek zit heel overzichtelijk in elkaar: (1) eerst verbeterdoelen stellen, (2) dan samen daarvoor lessen ontwerpen, (3) bij elkaar in de klas kijken of het werkt en (4) vooral ook vragen aan de leerlingen of het effect heeft. Schoolcoaches spelen daarbij een belangrijke rol. Dat zijn leraren die de school daarvoor speciaal heeft vrijgesteld.
Schoolbesturen overgeslagen
‘Als ik in het begin vertelde over mijn plan, was de reactie vaak: onmogelijk. Want waar in je verhaal zijn het ministerie, de leerplanontwikkelaars en al die anderen? Ik heb ze er bewust niet bijgehaald, want de grootste veranderkracht zit in leerkrachten zelf.’ Inmiddels werken maar liefst 1.400 scholen met deze aanpak. ‘Meer dan 500.000 leerlingen krijgen zo beter onderwijs. En 30.000 leraren en schoolleiders werken meer als team samen.’
Fondsen springen bij
De scholen bekostigen zelf hun deelname. Maar om de methodiek verder te ontwikkelen en te verspreiden, springen fondsen bij. ‘Soms vragen mensen: maar dit is toch een taak van het ministerie? Natuurlijk is dat het. Maar als we niks doen, blijft de situatie zoals die was. Ik denk dan liever: laten we met elkaar vooral zien hoe het beter kan.’ Dat werpt inmiddels zijn vruchten af. Vanaf het schooljaar 2024-2025 kunnen scholen financiële ondersteuning krijgen van de overheid als zij met leerKRACHT willen starten.